English
\




maandag 22 augustus 2011

Welcome to Iran!


Verder met de trein

We stranden in Zanjan. Het is nog middag en het eigenlijke plan is: boodschappen doen, een internetcafé en dan nog minstens 30 kilometer fietsen. Maar Line heeft hoofdpijn en spierpijn van de botsing een paar dagen geleden (zie het stukje Tegenwind) en boven de stad pakken zich alweer donkere wolken samen.
De afgelopen dagen hebben we iedere middag onweer en storm gehad. Als we uit het internetcafé komen vallen de eerste dikke druppels en al gauw komt de regen met bakken uit de lucht. We halen nog net de overkant van het plein waar een hotel is. Terwijl het buiten stormt en wij ons installeren in de hotelkamer besluiten we vanuit hier de trein naar Tehran te nemen. Iran is te groot om in 30 dagen helemaal door te fietsen en we willen eigenlijk ook nog naar Isfahan om die legendarische stad te zien. Ook moeten we visa regelen voor Uzbekistan en Turkmenistan en aangezien we een week moeten wachten op het Turkmeense visum kunnen we mooi Esfahan bezoeken in die tijd. Kortom, tijd om de fietsen even opzij te zetten en Iran op een andere manier door te reizen.

Met de fiets op de trein dus, wat in eerste instantie niet mogelijk is maar na een middag thee drinken met de stationschef toch geregeld wordt. We komen laat aan in Tehran en daar gaan we veel hotels af om overal te horen dat ze vol zitten. Om half twee ’s nachts spreekt de laatste receptionist van het hotel straatje het verlossende woord: Ja, er is plaats en de fietsen mogen in de kelder staan.

Esfahan

Na de aanvraag voor het Turkmeense visum in gang te hebben gezet, storten we ons een week lang in het backpackersleven en dat blijkt een hele goede keuze te zijn. Met de fietsen een Iraanse stad inrijden zorgde er elke keer voor dat we werden begroet alsof we het circus waren wat de stad kwam bezoeken. Zonder fietsen is dit een stuk rustiger. We moeten dan ook lachen wanneer een backpacker zich beklaagt dat hij in twee uur tijd wel vijf keer is aangesproken door Iraniërs die een praatje willen maken. Wat heerlijk ontspannen lijkt ons dat ten opzichte van de twintig Iraniërs die binnen vijf minuten met ons fietsers een praatje wilden maken! Welcome to the zoo, you’re the animal.
We hadden behoefte aan wat afstand en wat relativering en dat vinden we in twee hostels. In het Amir Kabir Hostel in Isfahan treffen we een leuke groep reizigers die vanuit alle windstreken komen. Een van de leukste attracties van Esfahan is voor ons dan ook het binnenplaatsje van het hostel waar we ’s avonds wat hapjes en ervaringen uitwisselen. Het blijkt dat bij ons allemaal de meeste gesprekjes die de Iraniërs willen aanknopen als volgt gaan: ‘Hello, how are you?’ Waarna de vervolgzin komt: ‘Where you’re from?’ Of: What’s your name?’ Vervolgens valt het gesprek dood en dus volgt de afsluiting: ‘Welcome to Iran!’ Zo zit blijkbaar de eerste les Engels op Iraanse scholen in elkaar. Na deze les is Engels waarschijnlijk een keuzevak.

De slotzin ‘Welcome to Iran!’, wordt de running gag tijdens de dagen in Esfahan. Komen er nieuwe mensen aan in het hostel dan worden ze door de andere westerlingen standaard begroet met een theatraal: ‘ Welcome to Iran!’

Het hostel wordt ook bezocht door Iraniërs die hun Engels willen oefenen met toeristen, ondanks de dreiging van de politie die dit liever niet ziet.
Zo hebben we veel plezier met een paar Iraanse mannen die willen oefenen. Een van de mannen vertelt keer op keer (aangemoedigd door de hotelgasten) over de twee husbands van zijn vader. Zelf heeft hij maar een husband en dat is meer dan genoeg. We proberen hem het verschil tussen husband en wife uit te leggen maar daar kletst hij zelfverzekerd overheen.



Toen we de eerste dag ’s morgens om half zes aankwamen in Isfahan zijn we meteen bij dit hostel beland. We mogen onze bagage alvast achterlaten maar kunnen natuurlijk nog niet op onze kamer. We besluiten naar het Imam square te wandelen en we raken aan de praat met Micha die tegelijk met ons ingecheckt heeft en nu ook zijn eerste uren in Isfahan door gaat brengen. Het Imam square is prachtig in het ochtendlicht. Paleizen en moskeeën van ongeveer 400 jaar oud staan rond een enorm rechthoekig plein met helemaal rondom een bazaar. Nu alles nog rustig is kun je goed zien hoe groot het plein is en hoe mooi het geheel van gebouwen bij elkaar past. Tegen dit prachtige decor hebben we ons eerste lange gesprek met Micha en het zal niet het laatste zijn.

Micha is een Sloveense advocaat die alleen door Turkije en Iran reist en hij blijkt een prettige reisgenoot. De komende dagen trekken we veel samen met hem op en we reizen ook samen naar Yazd. We kunnen erg met hem lachen, lange gesprekken voeren en we leren van de humor waarmee hij opdringerige taxichauffeurs tegen elkaar uitspeelt voor een gunstige prijs.



In Isfahan lopen we door de stad die vol staat met mooie oude gebouwen. De een nog rijker versierd met blauwe tegels dan de ander. Alle gebouwen bevatten dezelfde elementen: koepels die glimmen in de zon omdat ze bekleed zijn met tegels, hoge poorten met een dikke houten deur, grote binnenpleinen met vijvers en soms wat groen. We bewonderen de geometrische patronen boven in de poorten. Hoe langer je naar het driedimensionale patroon kijkt hoe meer je ziet.



We lopen langs de oude bruggen over een drooggevallen rivier en de grote parken die overal in Isfahan liggen. Hoewel de rivier droog is en buiten Isfahan meteen de woestijn begint, is de stad groen en is er overal water. We verbazen ons over de verkwistende manier waarop de Iraniërs omgaan met water. Alsof de woestijn niet bestaat. In de parken wordt 24 uur per dag gesproeid en regelmatig zien we kranen die continue aan staan. Wel genieten we van een bijzonder soort kraantje wat we al eens eerder in Turkije gezien hadden: Op de stoep staat er na ieder kwartier lopen een apparaat waar ijskoud drinkwater uit komt. Het is fijn om je plastic flesje opnieuw te kunnen vullen in de hitte die vaak richting de 40 graden gaat.

Een bijzondere ontmoeting in de Jameh moskee.

De Jameh moskee is de grootste moskee in Iran en daar ontmoeten we Ali en zijn moeder die ons aanspreekt in het oudste gedeelte van de moskee. Deze twee erudiete mensen weten veel van de symboliek van het gebouw en dat willen ze graag met ons delen. Sommige delen van het gebouw is 900 jaar oud en en Ali wijst ons op allerlei symbolen die we tot nu toe over het hoofd hebben gezien: In het metselwerk zijn er Christelijke kruizen, Joodse davidsterren, fallus- en vaginasymbolen en geabstraheerde vlammen (die naar het Zarathustra-geloof verwijzen) verwerkt. Vroeger was dit dan ook geen moskee maar een gebedshuis voor verschillende godsdiensten. In het oude gedeelte is een grote koepel van baksteen.



Al 900 jaar is deze koepel bestand tegen aardbevingen en er wordt gezegd dat het de mooiste koepel van baksteen is die ooit gebouwd. Naast de grote koepel zijn er ook kleinere koepels ieder met een eigen patroon van bakstenen. Volgens Ali symboliseren al die kleinere koepels met ieder hun unieke gemetselde patroon menselijke hoofden. De wisselende patronen staan voor de verschillende gedachten die welkom zijn in dit gebedshuis.





Voorzichtig in zijn uitlatingen vertelt Ali dat de regering deze moskee en de geschiedenis ervan een beetje wegmoffelt. Dit maakt dat we hem ook vragen durven te stellen waarvan we weten dat ze ‘gevaarlijk’ zijn.

In Turkije hebben we het boek My name is Red, van Orhan Pamuk gelezen. Deze historische roman gaat voor een groot deel over het wel of niet mogen afbeelden van unieke mensen binnen het islamitische geloof. Het afbeelden van herkenbare mensen staat volgens de Islam op gespannen voet met de regel: Gij zult geen idolen maken. Door het volgen van die regel is de islamitische beeldcultuur geworden zoals we hem nu kennen. Met prachtige geometrische patronen als hoogtepunt.

Sinds we in Iran zijn verbazen we ons over de enorme portretten van Khomeini en Khaminei die overal terug te vinden zijn. Zelfs hier in de Jameh moskee kijken de doordringende ogen je vanaf grote afbeeldingen aan. De twee portretten lijken extra te vloeken naast 900 jaar non-picturale kunst. Hoe legt de regering van de enige Islamitische Republiek ter wereld deze idealisering van de ayatollahs uit aan haar inwoners? We vragen het ons al tijden af en we besluiten het aan Ali te vragen. Zijn antwoord is zo simpel dat we het zelf ook hadden kunnen bedenken: ‘De regering legt het gewoon niet uit.’ Wat de machthebbers van Iran hebben gemaakt heeft nog maar bar weinig met de Islam te maken legt Ali uit. Een kritische vraag hierover stellen is gewoonweg gevaarlijk.



Voordat we afscheid nemen nodigt Ali ons uit in zijn huis in Mashhad, een uitnodiging die we van harte aannemen.

Een dictatuur

Deze dagen worden we ons steeds meer bewust van de dictatuur waaronder de Iraniërs leven. Al worden we ons er tegelijkertijd van bewust dat we waarschijnlijk slechts een glimp te zien krijgen van wat het daadwerkelijk betekent. Ook wij leren enigszins voorzichtig te zijn. Daarom ook dat dit blog pas na het verlaten van Iran bijgewerkt wordt en personen als Ali geen achternaam hebben.
Toeristen en Iraniërs moeten voorzichtig zijn in de steden Isfahan en Yazd. Voor veel Iraniërs is een gesprekje met toeristen, of toeristen thuis uitnodigen, een klein beetje proeven van de vrijheid. De regering probeert daar zoveel mogelijk een stokje voor te steken. We horen vele verhalen van medereizigers die in contact komen met de Tourist Police. Die is er officieel om de toeristen te beschermen en te helpen maar in werkelijkheid houden ze zo scherp mogelijk in de gaten hoeveel contact er is tussen de eigen bevolking en toeristen. Een Engelse jongen wordt meerdere dagen urenlang ondervraagd omdat hij met een getrouwde vrouw zat te praten in het park. Couchsurfing is een populaire manier van reizen voor backpackers. Via een website kun je in contact komen met mensen die reizigers thuis ontvangen voor een nacht of zelfs een hele week. Hoewel de website niet geblokkeerd is in Iran is dit min of meer illegaal. Je moet kunnen verantwoorden waar je je gastheer van kent. “Via de website couchsurfing” is geen goed antwoord. Je zegt als het ware tegen de politie dat je gastheer graag westerse invloeden in huis haalt. Wij hebben niet één keer direct te maken met de politie (afgezien van paspoort controle) maar de invloed van de politie is wel heel goed voelbaar en soms waren we getuige van de manier waarop de politie zich in het dagelijks leven mengt.

Wij hebben vele gesprekjes met Iraanse mensen, sommige interessant zoals met Ali en zijn moeder, andere moeizaam of vervelend omdat de mensen vaak niet voldoende Engels spreken om een gesprekje te voeren. Hoe graag ze dat ook willen. Veel mensen vertellen ons van hun voornemen om te emigreren en dat ze daarom Engels willen oefenen. Veel plannen voor immigratie klinken vaag. ‘Ik weet nog niet of ik naar Australië ga of naar Canada.’ ‘Voor Canada moet je wel twee jaar wachten voor een visum en voor Australië maar vier maanden.’ ‘Ik heb gehoord dat Australië prachtig groen is…….Wat zouden jullie doen?’

Een veel intelligenter gesprek hebben we met de professor. We ontmoeten hem op straat in Yazd waar we met een groepje uit het hostel rondlopen. Er ontvouwt zich een gesprek wat de hele middag en de rest van de avond zal duren. Hij legt Iraanse omgangsvormen uit met alle subtiele kanten die erbij komen kijken. Wij hangen als een klein klasje aan de lippen van de man en daarom krijgt hij al gauw de bijnaam professor. Hij is kritisch tegenover de regering en kan goed uitleggen hoe benauwend de regels voor hem zijn. Hij vertelt bijvoorbeeld dat Engelse teksten op T-shirts een doorn in het oog zijn van de regering die heeft verklaard dat de mode industrie een doelwit van de regering zal worden het komende jaar. De professor benadrukt dat de regering het woord target heeft gebruikt , dat veel sterker is uitgedrukt dan ‘in de gaten houden’.
Hij is ook duidelijk voorzichtig als hij met ons over straat loopt. “Kom nu moeten we weer verder lopen want we staan hier al een tijdje en het gesprek begint een kritische kant op te gaan” Straks hoort of ziet iemand ons is de impliciete boodschap.



We gaan mee naar zijn huis en ook daar worden we aangespoord om snel naar binnen te gaan. Met een groepje toeristen thuiskomen kan problemen opleveren in de buurt. Eenmaal binnen vertelt de professor ons dat dansen en muziek eigenlijk nauwelijks meer in het openbare leven zijn terug te vinden. Alleen op bruiloften is er nog ruimte voor muziek. Er zijn nauwelijks concerten en muzikant is geen beroep. Trots laat hij ons zien hoeveel muziek kanalen de satelliet schotel in zijn huis brengt. Wij reizigers reageren vrij lauw op alle Arabische muziekclips maar het is heel duidelijk dat de satelliet schotel een belangrijk stukje vrijheid is voor de professor.

Yazd

In Yazd verblijven we in het Silk Road Hotel waar we voor ons vertrek al van gehoord hadden als een ontmoetingsplek voor reizigers vanuit het westen en het oosten. Yazd is een prachtige stad maar op een heel andere manier dan Isfahan. Yazd is al 7000 jaar zonder onderbreking bewoond, wat het de oudste nog bewoonde stad ter wereld maakt. Dat is althans wat er beweerd wordt. De hoofdstraten zijn niet veel bijzonders maar daarachter ligt een doolhof van nauwe straatjes en steegjes die allemaal zijn afgewerkt met bruin stucwerk van modder en stro.



De stad heeft een oud systeem van ondergrondse kanalen die vroeger voor watervoorziening gebruik werden. En op de daken staan badgirs wat schoorsteen-achtige bouwwerken zijn die warme lucht afvoeren vanuit het huis en frisse lucht van buiten aanvoert. Een soort historische airco. Het is heerlijk om door de straatjes te dwalen en onze fantasie doet de rest van het werk. Ook Marco Polo heeft deze stad bezocht en we kunnen ons voorstellen dat hij ook ongeveer dit aantrof. (alleen in plaats van de brommer een kameel)



Alles in en rond Yazd is oud en vaak gaat het niet over eeuwen oud maar over milennia. Het Zaratustra geloof is hier nog duidelijk aanwezig. Het was het geloof van de meeste mensen in Iran toen de Islam zijn intrede deed. Nu zijn er nog ongeeveer 1 miljoen gelovigen over de hele wereld verspreid. In Yazd staat een vuurtempel met een eeuwige vlam die al duizenden jaren onafgebroken brandt.

Als we in Yazd zijn begint de Ramadan en dat maakt 3x per dag aan eten komen extra lastig. Veel winkels zijn dicht overdag en je mag op straat niet eten en eigenlijk ook niet drinken. Na de eerste dagen onhandig doen (verstopt in een parkje gauw wat brood eten) merken we verschillen. In Yazd was overdag bijna niets te krijgen. Terug in Teheran zijn er veel meer winkeltjes gewoon open en zien we dat de Iraniërs zelf niet zo moeilijk doen over deze regel. Ook als ze zelf wel aan de ramadan doen komen ze ons eten of drinken brengen als we ergens pauzeren op straat. We zijn duidelijk reizigers en dus hoeven we niet te vasten. Achter gesloten deuren wordt er trouwens overdag ook volop gegeten door de Iraniërs zelf. We hebben nog nooit zoveel eten aangeboden gekregen als in de laatste dagen in Iran. Ook worden we ons ervan bewust hoeveel verschil er zit tussen het toepassen van regels van stad tot stad. Wat in Isfahan gevaarlijk is om te doen lijkt in Mashhad de gewoonste zaak van de wereld. De Iraanse mensen wijzen ons ook veelvuldig op de verschillen. ‘Don’t go to Mashhad, it’s very religious.

Mashhad

Na een week vakantie vieren en steden bezoeken zijn we dus terug in Tehran, halen ons visum op en, na een nachtje couchsurfing bij een jong stel, springen weer op de bus naar Mashhad met de fietsen.
In Mashhad ontmoeten we Ali weer die ons zo wist te boeien in de moskee in Isfahan. Samen met zijn moeder en zijn broer bezoeken we het grote heiligdom in de stad, het mausoleum van Imam Reza. Het is het grootste bedevaars oord voor de Soenitische Moslims na Mekka. Het de eerste week van Ramadan en we komen precies rond het avondgebed dus je kunt er over de met chadors bedekte hoofden lopen. In Nederland wordt een vrouw in chador soms laatdunkend als ‘die vrouw in zo’n tent’ betiteld. In Mashhad leren we dat in het Farsi het woord voor tent daadwerkelijk chador is! Je chador opzetten in het park is dus heel gewoon.
Als Line ook zo’n zwarte tent omdoet kunnen we binnen in het immense complex. Het is of ze alle enorme moskeeën die we de afgelopen weken hebben gezien, tegen elkaar hebben aangeveegd en dat vermenigvuldigd met alle pracht en praal die ze vinden konden. We komen weer buiten met een complete overdosis tegels en bladgoud op ons netvlies. Sommige mensen zeggen dat je moslim moet zijn om het complex binnen te mogen maar onze gastheer zegt dat het geen probleem is. Er wordt in elk geval niet naar gevraagd.

Tijd om afscheid te nemen van ingewikkeld Iran. Vanaf Mashhad zullen we weer verder fietsen op de heetste dag van de zomer. 42 graden in Mashhad is een echte uitzondering en wij mogen volop genieten van de hitte van de zon. Nog maar 2 dagen fietsen tot de Turkmeense grens dan mag de lange kleding weer uit.



Nieuwsgierig naar eerdere belevenissen? Klik hier onder op een van de linkjes


Tegenwind (Iran 1) | eind juli 2011
Van Capadocie tot Van | half juli 2011
Istanbul | begin juni 2011
Balkan en Bulgarije | eind mei 2011
Waarin we trouwen, wij langs gaan bij Marco Polo en… | Italie | 12-05-2011

Frisch und Knusprig | half april 2011

Vertrokken | begin april 2011

4 Reacties op “Welcome to Iran!”

Mooie foto’s, prachtige verhalen!Wat hebben jullie al veel moois gezien en van veel bijzondere ontmoetingen mogen genieten. Laat de mensen jullie in de komende landen ook maar lekker veel eten toestoppen want die kilo’s vliegen eraf zo te zien. Kus Roos

30 August 2011
Roos

Hoi wereldfietsers Line en Maarten
We vinden het erg leuk om jullie ervaringen te lezen en de mooie foto’s te bekijken.
Bij zo,n land als Iran heb je elkaar wel heel hard nodig om de spanning en het avontuur in de hand te houden. Maar zo te zien en te lezen is dat wel gelukt. We blijven jullie volgen. Heel veel fietsplezier!
Liefs Ineke en Arnold

29 August 2011
Ineke en Arnold

WAt een prachtige verhalen. Echt smullen. Door de manier waarop jullie reisverhalen vertellen zie ik het helemaal voor me. Wat een lekker lang stuk ook. Samen met de foto’s geeft een mooi beeld van jullie leven daar.
dank jullie wel en ik kijk uit naar de verhalen over Turkmenistan en Uzbekistan,

liefs voor jullie beiden

23 August 2011
Jook

Na het lezen van ‘Het huis van de moskee’ spreekt julie verhaal samen met de foto’s des te meer: een prachtig beeld van Iran.
Na Iran dus geen verplichte chadors meer, maar de moskeeen blijven toch nog wel even?

23 August 2011
Harry