English
\




1001 ontmoetingen


لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القواالقليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من اات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كالكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من لقد كان عنده الكثير من القوات، لكن القليل من

Je dacht natuurlijk even dat je op de verkeerde website terecht was gekomen. Maar zo ziet alle geschreven taal in Iran eruit en zoals je ziet kunnen we dat helemaal niet lezen. Dit is het Arabische schrift en je leest het van rechts naar links (als je dat zou kunnen). Als wij hier over straat lopen dan zijn we dus analfabeet en dat is soms best onhandig. We weten niet wat er op verkeersborden staat. Een bakker herkennen we pas als we voor de etalage staan want het uithangbord zegt ons niks. Wel snappen we na een paar dagen al wat van de farsi getallen want ook voor de nummers hebben ze andere tekens.

Kun jij zien welk merk frisdrank dit is?

We zijn in Iran en dat is misschien wel het interessantste, gekste, spannendste, mooiste en moeilijkste land van onze hele reis. Iran is al heel lang een belangrijk land. Vroeger heette het Perzië en er zijn veel restanten over gebleven van oude culturen. We zien hier prachtige oude moskeeën helemaal versierd met tegels. Of kleitabletten met allemaal tekentjes erin gedrukt. Dat is het spijkerschrift en dat is het eerste schrift ter wereld. Wat een belangrijke ontdekking! Veel beroemde verhalen komen hier vandaan. Alle verhalen van 1001 nacht gaan over Iran en de landen erom heen. Je kent er vast wel een paar: Ali Baba en de veertig rovers, of Sindbad de zeeman. Ook lopen hier de oude routes door het land. Soms fietsen we over wegen waar al eeuwenlang karavanen overheen getrokken zijn. Iran heeft een prachtige natuur met hoge bergen en lege woestijnen. Zo fietsen we bijvoorbeeld langs een zoutmeer. Er komt geen rivier uit in het meer en door de warmte verdampt er steeds water uit het meer. Zout kan niet verdampen en dus blijft dat steeds achter in het meer. Hierdoor is het water in het meer zo zout geworden dat je erin blijft drijven. Het heeft ook een hele bijzondere rode kleur gekregen. Het lijkt wel of we langs een enorme plas ranja fietsen! Hoe het precies komt dat het water zo rood is weten we (nog) niet. Weet jij of weet je vader of moeder hoe het komt? Laat het dan hier op de website weten! Het strand is in elk geval wit van het zout.
Genoeg te zien en te beleven dus in Iran.



Maar Iran is ook een land waar nu hele strenge regels gelden. Dertig jaar geleden is Iran een islamitische republiek geworden. Dat wil zeggen dat alle regels die in de Koran staan ook de wetten van het land geworden zijn. Een van de meest opvallende regels is dat alle vrouwen hier een hoofddoek moeten dragen als ze de straat opgaan. Ook moeten je armen en benen bedekt zijn als je een vrouw bent.



Als je een man bent hoeven alleen je benen bedekt te zijn. Gek is dat want in Nederland is juist een van de belangrijkste wetten: iedereen is gelijk voor de wet. Dus ook mannen en vrouwen. Er is politie die streng in de gaten houdt of iedereen zich wel aan die regels houdt. Hangt die hoofddoek te ver naar achteren? Soms worden vrouwen hiervoor gearresteerd.
Voor ons zijn de regels over de kleren een beetje onhandig. De hoofddoek van Line waait nog regelmatig af. En lange mouwen zijn wel warm als het 35 graden of meer is. Maar aan de andere kant is het ook niet zo’n probleem. Het is maar dertig dagen lang dat we deze regels moeten volgen. Voor de mensen die hier wonen is het veel vervelender. Veel mensen zijn het namelijk helemaal niet eens met de regering. Ze durven niet te hard te mopperen en te protesteren want ook daarvoor kun je naar de gevangenis gaan. Maar tegen vreemdelingen durven ze wel uit te leggen dat ze veel regels onzin vinden. Veel jonge mensen zijn in hun hart niet eens gelovig. Doe je hoofddoek maar gauw af zeggen ze dan zodra je binnen bent.

We komen bij verschillende mensen op bezoek omdat de Iraanse mensen heel gastvrij zijn en ook verschrikkelijk graag willen helpen. Ze zijn ook heel nieuwsgierig naar de twee toeristen op de fiets dus vragen ze ons het hemd van het lijf. Soms nodigen ze ons uit om te blijven slapen.
We slapen een nachtje bij Aziz en zijn familie. Ze hebben een mooi, groot huis waar dikke tapijten op de grond liggen. De huiskamer is twee keer zo groot als die van ons en langs alle muren staan grote zitbanken. Wel zes of zeven! Er zijn ook kleine glazen bijzettafeltjes maar er is geen grote eettafel. Als we gaan eten wordt er een plastic tafellaken op de grond uitgespreid en daarop komen dan de borden en de schalen. We gaan in kleermakerszit rond het kleed zitten.



Een picknick in de huiskamer. Na het eten wordt het tafelkleed weer weggeruimd en nu worden de slaapspullen in de huiskamer gebracht. Er zijn wel bedden in het huis , legt Aziz uit, maar meestal vinden we het fijner om op de grond te slapen op het tapijt en onder een dekentje. En dus gaat de familie op het tapijt in de huiskamer liggen. Wij pompen ons kampeerbedje op want niks slaapt zo lekker als je eigen bed.

Het huis van Aziz is groot maar we komen ook op bezoek in een klein huisje. Een man nodigt ons uit als hij ons langs ziet fietsen. Hij spreekt geen Engels maar hij gebaart dat we kunnen komen drinken. We volgen hem een boomgaard in en achter een rij bomen ligt zijn waterbron en een piepklein huisje. Er is maar een kamer van 4 meter bij 3,5 meter. Er staat een tweepersoonsbed in en verder…. heel weinig. Een theepot en een suikerpot. Een deken, een spiegeltje een gasbrander. Er is een deuropening en twee piepkleine raampjes en een scheur in de muur waardoor je naar buiten kunt kijken. Op het vieze tapijt liggen twee watermeloenen en wij krijgen een stuk aangeboden. Het dochtertje van de man kijkt ons met grote ogen aan. Misschien is ze wel net zo onder de indruk van ons als wij van haar huisje en de gastvrijheid van haar vader.

De eerste twee weken in Iran hebben we warm weer. De dag begint steeds met een strakblauwe lucht. We staan om zes uur op om nog een beetje in de frisse lucht te kunnen fietsen. Na een uurtje fietsen komen er voorzichtig piepkleine wolkjes aan de hemel. Wij willen wel wat schaduw want de zon begint al vroeg op de morgen warm te worden dus moedigen we de wolkjes aan. Tijdens de ochtend groeien de wolkjes meestal uit tot een dik pak onweerswolken.



We hebben wel een week lang onweer ’s middags. Soms bliksemt het alleen in de verte. Soms waait het zo hard dat we niet meer vooruit kunnen en zelfs in een mini zandstorm terecht komen. Soms stortregent het zo hard dat we moeten schuilen. En soms trekken we ook gewoon onze regenjassen aan en fietsen we door. Onhandig dat onweer maar ook wel lekker omdat alles dan weer flink afkoelt.

Ik zei net al dat Iraniërs verschrikkelijk graag willen helpen. Soms is dat fijn maar soms is dat ook heel onhandig. Maarten weet het best: als je aan de fiets moet klussen dan moet je dat niet in het gras doen. Er valt altijd wel een klein moertje en dat ben je dan kwijt. Maar soms vergeet je die regel even….
Een man die in het park zijn fiets op zijn kop zet om eraan te klussen trekt al gauw wat nieuwsgierige Iraanse mannen aan. Maar als er dan een moertje in het gras valt dan willen alle mannen ook mee zoeken. Een man gaat zelfs ergens een moertje vandaan halen. Helaas voor hem is het moertje in het gras al gevonden en zit het alweer op zijn plek op de fiets. Maar de man wil zo graag dat zijn hulp de belangrijkste is dat hij het moertje van Maarten eraf probeert te draaien om zijn eigen moertje er weer op te zetten. Helpen ook als het niet meer nodig is.

Iraans geld is heel erg wennen voor ons. We zijn hier namelijk met gemak miljonair. We lopen rond met een dik pak geld en op de briefjes staat bijvoorbeeld 10.000 Riaal. Dat klinkt als heel veel geld maar 30.000 Riaal is ongeveer 2 euro waard. Dus 10.000 Riaal is ongeveer 70 cent. Als we willen afrekenen moeten we vaak zoeken naar het briefje met de juiste hoeveelheid nullen. En om het nog lastiger te maken korten de Iraniërs het bedrag vaak een beetje af. Ze laten op hun vingers zien dat iets 7 kost. En dan moeten wij uitvogelen of ze 7000 of 70.000 of 700.000 bedoelen.



Als je wil weten hoe het komt dat de Iraanse mensen zo’n stapel geld nodig hebben dan kun je het volgende sprookje lezen wat we samen hebben bedacht.

Een sprookje over inflatie


Er was eens een arme schoenmaker die van een lap leer prachtige stevige laarzen kon maken. Het bewerken van het stugge leer was soms zwaar werk en dan zat hij tot ’s avonds laat bij het licht van zijn olielampje te werken. Hij liet maar een klein vlammetje branden want lampenolie was steeds duurder geworden de laatste tijd. Daarom was het werk vermoeiend voor zijn ogen en kostte het hem steeds meer moeite om nette steken te maken.
Deze avond was hij erg tevreden. Voor zich op de werkbank lag een paar prachtige laarzen en de schoenmaker wist dat de majoor die ze besteld had er lang plezier van zou hebben. Ook wist de schoenmaker dat hij er 100 euro voor zou krijgen. Dat was zo afgesproken toen de laarzen besteld werden. 100 Euro! Wat kon je daar allemaal wel niet voor kopen? Zijn vrouw had echt een nieuwe jas nodig en misschien konden ze wat extra lekkers kopen voor het avondeten. Hij zou 2 mooie lappen leer kunnen kopen waar hij weer nieuwe laarzen van kon maken. Of misschien moest hij zoveel mogelijk sparen van zijn 100 euro? De schoenmaker poetste de laarzen nog even glimmend op terwijl hij aan het geld dacht. Zoveel had hij nog nooit gekregen voor een stel laarzen. Die avond ging de schoenmaker zeer tevreden naar bed.

Maar de volgende morgen was de schoenmaker een stuk minder tevreden. Het was waar: hij had honderd euro in zijn portemonnee. Maar toen hij ermee naar de bakker ging, wilde de bakker 10 euro hebben voor een brood! De schoenmaker rekende snel uit dat hij dan maar 10 dagen brood kon kopen en dan waren zijn 100 euro’s al weer op. Bovendien had hij dan nog niet eens boter en beleg gekocht. Of avondeten, of een nieuwe jas voor zijn vrouw.

“Bakker!” Riep de schoenmaker, “hoe komt het dat je brood zo duur is geworden? Twee dagen geleden kostte het nog 5 euro en dat vond ik al veel geld voor één brood!”
“Tja”, zei de bakker, “ik moet mijn prijzen wel hoger maken. Ik verdien anders niet genoeg om mijn vrouw en 4 kinderen te eten te geven. De groenteboer is ook veel duurder geworden en ik moest laatst ineens 3 euro meer betalen voor een bundel hout voor de oven. Maar de belangrijkste reden is dat de molenaar ineens meer geld wil hebben voor zijn meel. Als ik het brood voor 5 euro verkoop dan verdien ik zelf minder dan niks.“

“Hoe komt het toch dat alle prijzen steeds stijgen?” Vroeg de schoenmaker zich hardop af.” Wie verzint dat toch?”
“Vraag het niet aan mij,” zei de bakker, “vraag het aan de molenaar! Die maakt het meel zo duur. “
“Weet je wat? Ik ga dit tot op de bodem uitzoeken.” zei de schoenmaker vastberaden. En de bakker, die ook wel nieuwsgierig was ging met de schoenmaker mee.

“Tja,” zei de molenaar toen hem gevraagd werd waarom het meel zo duur was geworden, “ik kan er niets aan doen! Ik moet ook eten en jullie weten dat alles de laatste tijd steeds duurder is geworden. Bovendien wil de boer meer geld hebben voor zijn graan. Bakker als ik je een zak meel verkoop tegen de prijs van vorige week dan verdien ik zelf minder dan niks. Vraag niet aan mij waarom het meel duurder is geworden. Vraag aan de boer waarom het graan duurder is geworden.”
En omdat de molenaar zelf ook wel nieuwsgierig was ging hij mee naar de boer.

“Tja,” zei de boer, “ik moest mijn prijzen wel hoger maken. Alles wordt steeds duurder en ik heb een vrouw, 8 kinderen én mijn knecht die ik eten moet geven. Mijn hooiwagen is stuk en de timmerman wilde wel 75 euro hebben om hem te repareren. Maar de belangrijkste reden waarom het graan duurder is geworden is dat mijn knecht meer salaris wil hebben. Het is een goede knecht en ik wil hem niet kwijt. Dus heb ik hem 10 euro extra per week beloofd. “

De schoenmaker, de bakker, de molenaar en de boer gingen op zoek naar de knecht en vonden hem in de stal tussen de koeien. “Knecht, waarom heb je meer salaris nodig van de boer? De bijer geeft je toch ook al onderdak en iedere dag een goede maaltijd? Waar heb je extra geld voor nodig? We hebben allemaal last van de prijzen die stijgen omdat jij extra geld wil verdienen!”

“Tja,” zei de knecht, “ik ben al een jaar aan het sparen voor nieuwe laarzen. Zoals je ziet zijn de schoenen waarop ik loop al tijden stuk. Vorige winter zijn mijn tenen er bijna afgevroren in de kou. Ik heb met mijn werk nou eenmaal goede stevige laarzen nodig. Maar elke keer als ik het geld voor laarzen bijna bij elkaar heb wordt de prijs weer verhoogd! Hoe komt dat toch schoenmaker? “

Alle mannen keken vol verwachting naar de schoenmaker. Maar de schoenmaker haalde alleen ongelukkig zijn schouders op.
“ Misschien…. “ zei de knecht, die behoorlijk slim was, “worden de prijzen niet alleen steeds hoger maar wordt ons geld steeds minder waard. Met de 80 euro die ik gespaard heb kon ik vorig jaar wel 2 paar laarzen kopen. Nietwaar schoenmaker? Terwijl ik mijn geld in een sok opspaar wordt het steeds minder waard! Ik had het meteen uit moeten geven in plaats van sparen,” eindigde de knecht beteuterd.
“Is ons geld betoverd?” Vroeg de bakker met grote angstige ogen.
“Welnee!” Riep de schoenmaker. “We doen het zelf! Wij maken ons geld steeds minder waard door de prijzen te verhogen. We moeten het stoppen anders verdienen we straks een miljoen euro maar kunnen we er nog geen brood voor kopen..”
Ik heb een voorstel, zei de molenaar, zullen we samen afspreken dat we de prijzen niet meer verhogen?
“Ja, zeg!” Riep de boer uit. Als ik mijn prijzen niet verhoog dan ben ik straks de armste sloeber van de stad! Het werkt alleen als de kleermaker meedoet, en de timmerman, en de schilder….
“Dat doen ze nooit, zuchtte de knecht. Als mensen denken dat ze wat extra geld kunnen verdienen dan zullen ze dat zeker doen. Iedereen wil graag rijk worden.”
“We kunnen in ieder geval één ding afspreken,” zei de schoenmaker tegen de knecht, “volgende week mag jij een paar laarzen bij mij komen ophalen, voor 70 euro, afgesproken?”
“Afgesproken!” Zei de knecht blij.
Het verhaal is maar een sprookje maar in veel landen ter wereld is dit probleem dagelijkse werkelijkheid. Het stijgen van de prijzen heet inflatie, en omdat het probleem zo ongrijpbaar en moeilijk op te lossen is, noemen ze het ook wel het inflatiespook. Beste lezer, heb je een tip voor de schoenmaker, de bakker, de molenaar, de boer en de knecht? Wat kunnen ze doen om het stijgen van de prijzen te voorkomen? Als je een idee hebt dan mag je het hieronder opschrijven.



Nieuwsgierig naar eerdere verhalen van ons? Klik op de link hieronder!
Lees meer… | Turkije voor beginners
Lees meer… | De karavanserai
Lees meer….. | Dobre dan

2 Reacties op “1001 ontmoetingen”

Op Wikipedia kun je antwoorden vinden over het zoutgehalte en hoe het komt dat er zoveel kleurverschillen zijn. Het gedeelte tussen haakjes is geknipt en geplakt vanuit Wikipedia. (Onder invloed van toenemende zonnestraling en warmte kan sterk toenemende groei optreden van het fytoplankton, planktonbloei genoemd, met een bruinachtig groene kleur tot gevolg, soms ook roodbruin. Vaak komt dit door zeer grote hoeveelheden micro-organismen aan het oppervlak, wat de Rode Zee zijn naam heeft gegeven.)

9 September 2011
Niko

Ena alweer een mooi verhaal, fijn te lezen dat het goed met jullie 2 gaat, hier is de school ook weer begonnen en ze gaan er met goede moed tegen aan het komende jaar. Heel veel groetjes uit Tilburg.
Luuk en mijn mama

24 August 2011
Suzanne Matthijssen( mama van Luuk)